Als je een visumplichtige derdelander bent, moet je voor een visum kort verblijf (bv. voor een familiebezoek in België) bewijzen dat je voldoende bestaansmiddelen hebt. Ook als je niet visumplichtig bent, moet je dit bewijs kunnen leveren als je dit gevraagd wordt aan de grens.
Je kan met een verbintenis tot tenlasteneming (bijlage 3bis) bewijzen dat je voldoende bestaansmiddelen hebt. De garant ondertekent de verbintenis tot tenlasteneming.
De garant is:
- een Belg of een vreemdeling met een onbeperkt verblijfsrecht in België
- ingeschreven in het rijksregister
- kredietwaardig
Er zijn drie mogelijke gevallen:
- De vreemdeling heeft geen visum nodig: de verbintenis wordt door de gemeente overgemaakt aan de dienst Vreemdelingenzaken in Brussel, samen met de nodige bewijsstukken.
- De vreemdeling heeft een visum nodig en er is een Belgische ambassade/consulaat in het thuisland: de garant krijgt de verbintenis na legalisatie terug mee.
- De vreemdeling heeft een visum nodig en er is geen Belgische ambassade/consulaat in het thuisland: de verbintenis wordt door de gemeente overgemaakt aan de dienst Vreemdelingenzaken in Brussel, samen met de nodige bewijsstukken.
Gratis.
De garant dient zich persoonlijk te melden bij de dienst Burgerzaken met
- zijn/haar identiteitskaart
- informatie over de persoon die ten laste genomen wordt (o.a. persoonsgegevens, paspoortnummer)
Wanneer in het thuisland van de vreemdeling geen Belgische ambassade/consulaat is of hij is niet visumplichtig, moet de garant de nodige bewijsstukken voorleggen:
- bewijzen van voldoende bestaansmiddelen (bv. werknemers: laatste 3 loonfiches, zelfstandigen: aanslagbiljet belastingen)
Aanvragen
De garant vult de verbintenis tot tenlasteneming in en ondertekent die. Het gemeentebestuur legaliseert dit.
Opgelet: het gemeentehuis is enkel open op afspraak!
Meer info vind je op de website van het Agentschap voor Integratie & Inburgering